Wat is een stichting?

Doel van de stichting

  • Art 2:285 lid 3 bepaalt: ‘het doel van de stichting mag niet inhouden het doen van uitkeringen aan oprichters of aan hen die deel uitmaken van haar organen noch ook aan anderen tenzij wat deze laatsten betreft de uitkeringen een ideële of sociale strekking hebben’. Er geldt dus een uitkeringsverbod voor de stichting.
  • Slechts uitkeringen beperkt tot het ideële of sociale terrein zijn toegestaan aan anderen. Het is ook mogelijk om uitkeringen te doen aan oprichters etc. van de stichting voor zover zij onder de algemene regels vallen die de stichting heeft gesteld om tot uitkering over te gaan. Dit geldt echter niet wanneer oprichters etc. de enigen zijn die onder de algemene regels vallen. Wanneer een stichting of vereniging uitkeringen doet die niet zijn toegestaan, kunnen zij deze op grond van onverschuldigde betaling terugvorderen. Een uitzondering op het uitkeringsverbod geldt voor onkostenvergoeding aan oprichters bestuurders etc. mits deze reëel zijn.

Organisatie van de stiching

  • Bij de stichting geldt er een ledenverbod (2:285). Wel heeft zij een bestuur (2:291). Wanneer in statuten over leden wordt gesproken, betekent dit niet dat het ledenverbod is overschreden, mits aan hen geen zeggenschapsrechten zijn toegekend.

Oprichting van de stichting

  • Oprichting geschiedt bij notariële akte 2:286 of door middel van een testament gemaakt bij notariële akte 2:286 lid 2. Indien er sprake is van een onderhands testament en niet van een bij notariële akte gemaakt testament, dan bepaalt 4:135 lid 2 dat de erfgenamen de last hebben om de stichting op te richten. 
  • De notariële akte (a) moet worden verleden in de Nederlandse of Friese taal en (b) statuten bevatten die aan de eisen van art 2:286 lid 4 moeten voldoen. Wanneer er niet is voldaan aan de eisen van art 2:286 is er sprake van een oprichtingsgebrek die tot persoonlijke aansprakelijkheid van de notaris kan leiden lid 5.
  • Een stichting/vereniging waarvan de statuten zijn opgenomen in een notariële akte moeten worden ingeschreven in het Handelsregister (art 6 Hrgw). De inschrijving is geen oprichtingsvereiste. Wanneer inschrijving achterwege blijft, is wel iedere bestuurder voor een rechtshandeling waardoor hij de stichting verbindt, naast de stichting hoofdelijk aansprakelijk (2:29/289 lid 2). De artikelen 9-14 en 17 Hrgw bepalen welke gegevens moeten worden ingeschreven. De artikelen 2:6 BW en 25 Hrgw bieden bescherming aan derden. Zo mogen derden alles wat in de registers is ingeschreven als juist aannemen en kan er tegenover derden geen beroep worden gedaan op feiten die niet zijn ingeschreven en waarvan zij onkundig waren.

Gerelateerde pagina's

Relaties en meer lezen

  Chapters 

Teksten & Informatie

JoHo: paginawijzer
JoHo: footprint achterlaten

Account - Bereikbaarheid - Contact - Dienstenwijzer - Gegevens - Vacatures - Zoeken