Bron: Anxiety - Rachman
Er zijn vier belangrijke benaderingen over het ontstaan van angst.
Wat voor leertheorieën zijn er over angst?
Het idee achter deze theorie is dat angst aangeleerd wordt, onder meer door conditioneringsprocessen. Het idee dat angst kan worden aangeleerd gaat terug tot de bekende experimenten van Pavlov. Het vlucht- of vermijdingsgedrag dat hieruit voortkomt, blijft bestaan omdat het in ieder geval deels succes heeft – vluchten of vermijden vermindert het angsteffect waardoor dit succesvolle gedrag bekrachtigd wordt. Met andere woorden: angsten worden door conditionering verkregen en genereren op hun beurt vlucht- of vermijdingsgedrag. In de originele leertheorieën trok men de conclusie dat elke neutrale stimulus veranderd kan worden in een angstwekkende stimulus door middel van het conditioneringsproces. Aanhangers van deze leertheorie hebben de originele assumptie gedeeltelijk veranderd.
Theorie van Eysenck
Eysenck nam de theorieën van Pavlov & Watson en transformeerde deze in een leertheorie, waarbij de conditioneringsprocessen centraal staan. Eysenck was vooral geïnteresseerd in neurosen en de persoonlijkheidsfactoren waardoor mensen een predispositie krijgen voor deze stoornissen. Eysenck maakte gebruikt van zijn tweedimensionale persoonlijkheidsmodel, met emotionele instabiliteit (oftewel neuroticisme) aan het ene eind, en introversie/extraversie aan het andere eind. Dit kader staat verder uitgewerkt op pagina 63. Hij suggereerde dat mensen met een hoge score op introversie en neuroticisme een grote kans hebben om een geconditioneerde angststoornis te ontwikkelen. Mensen met een hoge score op extraversie hebben echter een verhoogde kans op het ontwikkelen van een gedragsstoornis, persoonlijkheidsstoornis, of hysterie.
Geconditioneerde angstreacties komen voort uit een enkele traumatische gebeurtenis of een reeks van (sub) traumatische gebeurtenissen waarbij automatische reacties van het zenuwstelsel een rol spelen. Een voormalig neutrale stimulus raakt via associatie verbonden met een ongeconditioneerde stimulus en zorgt zo voor een traumatische emotionele reactie. Wanneer een angstreactie optreedt, probeert de persoon dit te verminderen door het vermijden van of vluchten uit de angstopwekkende situatie. Als dit met succes wordt volbracht en de angst inderdaad vermindert, wordt dit gedrag versterkt waardoor de angstreacties blijven voortbestaan. Wanneer geconditioneerde reacties niet worden bekrachtigd, zullen ze op een gegeven moment verdwijnen. Dit wordt in de klinische praktijk ook wel ‘spontaan herstel’ (extinction) genoemd.
Wolpe had dezelfde ideeën over de conditionering van angst, maar hij richtte zich voornamelijk op het ontwerpen van een behandeling op basis van dit principe. De bekendste hiervan is de systematische desensitisatie, waarbij mensen langzaam worden blootgesteld aan het object van hun angst, terwijl ze ontspanningsoefeningen doen.
Theorie van Gray
Hoewel Gray het in het algemeen eens was met de theorie van Eysenck wat angst betreft, is zijn theorie psycho-fysiologisch van aard en gebaseerd op psycho-farmaceutische data en dierexperimenten. Neuroticisme is volgens hem een verhoogde sensitiviteit op bekrachtigende gebeurtenissen, en introversie is de verhoogde sensitiviteit op straf signalen in plaats van beloningssignalen.
Extraverte personen verkrijgen volgens Gray lastiger een angstreactie, maar dit geldt niet voor het aanleren van geconditioneerde responsen in het algemeen. Gray zegt dat straf en het niet krijgen van een beloning ervoor zorgen dat het behavioural inhibition system geactiveerd wordt, wat zorgt voor meer arousal, meer aandacht en remming van het vertoonde gedrag. Dit behavioural inhibition system kan ook geactiveerd worden door nieuwe stimuli of door stimuli die mogelijk bedreigend zijn. Gray bracht een aantal veranderingen aan in de theorie van Mowrer. Volgens Mowrer leiden stimuli gevolgd door straf tot geconditioneerde angstreacties. In Gray’s herinterpretatie van deze hypothese, maakt hij gebruik van safety signals. Dit zijn signalen die functioneren als beloning en benaderingsgedrag veroorzaken. Ook duiden ze een tijd en een plaats aan waarin de persoon niet bang hoeft te zijn om gestraft te worden. Bij het ervaren van een safety signal zal een geconditioneerde stimulus niet tot een angstreactie leiden. Tegelijkertijd wordt de angst niet helemaal weg genomen en zal daarom blijven voortleven in de persoon.
Gray stelt dat fobieën alleen voorkomen bij objecten of situaties die het voortbestaan van het organisme in gevaar brengen, of wanneer potentiële jagers, of onvertrouwde situaties zich voordoen. Zulke angsten zijn normaal omdat wij allemaal biologisch voorbereid zijn op een dergelijke situatie. Dit is een heel ander standpunt dan waar de conditioneringstheorie van uitgaat.
Wat voor cognitieve theorieën zijn er?
Binnen deze theorieën ligt er een grote nadruk op de samenhang tussen iemands cognities en het gedrag dat iemand vertoont. Het werk van Beck is belangrijk geweest voor deze stroming van theorieën. Hij suggereerde dat in nieuwe situaties met mogelijk kans op potentiële bedreiging waargenomen worden als gevaarlijk en dat mensen de kans op en intensiteit van de bedreigende situatie in hun eigen ogen vergroten.
Salvolski heeft de theorie van Beck wat verder uitgewerkt. Hij stelt dat emoties worden ervaren als gevolg van de manier waarop gebeurtenissen worden geïnterpreteerd. Het is de betekenis die aan de gebeurtenis wordt gegeven die de emoties bepaald en niet zozeer de gebeurtenis zelf. De manier waarop een gebeurtenis wordt geïnterpreteerd hangt af van een aantal dingen:
-
de context waarin de gebeurtenis plaatsvindt
-
de stemming van de persoon op het moment van de gebeurtenis
-
de ervaringen die de persoon al heeft op het moment van het plaatsvinden van de gebeurtenis
Dit betekent dat dezelfde gebeurtenis een verschillende emotie kan uitlokken bij verschillende personen of zelfs een verschillende emotie bij dezelfde persoon op een ander moment. Clark beredeneerde dat paniek veroorzaakt wordt door misinterpretaties van lichaamsprocessen. Zijn theorie was sterk beïnvloed door de theorie van Beck, hoewel de zijn theorie meer begrip toont voor het abnormale functioneren en dit niet direct als een pathologisch probleem ziet.
Cognitieve modellen leggen veel nadruk op de persoonlijke interpretaties van de gebeurtenis, maar leerprocessen (zoals conditionering) zijn ook belangrijk. Verder is men er van overtuigd dat een angstreactie in stand gehouden wordt door de maladaptieve cognities, welke veranderd moeten worden om van deze angst af te komen. Het belangrijkste element om iemand met angst te behandelen, is het veranderen van het gedrag van de patiënt. Dit omdat het niet altijd de cognities zijn die angst veroorzaken, soms worden de misvormde cognities in stand gehouden door problematische gedragingen (zoals vermijding, fysiek of mentaal vluchten).
Wat voor psychoanalytische theorieën?
Freud was een van de eerste die aandacht schonk aan angst. Volgens Freud was angst een vasthoudend en belangrijk component in neuroses. Hij maakte een onderscheid tussen verschillende soorten angst:
-
Objectieve anxiety: angstreacties als reactie op een extern gevaar, of iets dat nog moet komen. Meestal is deze angst rationeel en doelgericht, maar in sommige gevallen kan dit overslaan in ongepaste en excessieve emoties met een neiging naar de neurotische anxiety toe.
-
Neurotische anxiety: deze angst is niet doelgericht, wel excessief en leidt tot verlammende reacties en mogelijk zelfs tot vluchten. Deze mensen zijn altijd voorbereid op het ergste, zijn pessimistisch, en continu bang. Het wordt gezien als een persoonlijkheidstrek.
Een derde categorie van angst, wat wij nu kennen onder de naam ‘fobieën’, gaat over gevoelens welke niet volledig irrationeel van aard zijn, maar wel overdreven en ongepast. Volgens Freud zijn mensen voor een aantal fobieën gepredisponeerd. Freud erkende hiermee de prepared fears waar Hall het ook over had. Dit zijn ingebouwde angsten om ons te beschermen tegen gevaar.
Nieuwere psychoanalytische theorieën blijven bij de gedachtegang van Freud, namelijk dat angst voortkomt uit onacceptabele seksuele impulsen die in het onderbewuste worden onderdrukt. Deze onderdrukte impulsen worden dan uitgedrukt in symbolische representaties, die zich uitten in dromen, neurotische symptomen, etc. Met andere woorden, de angst komt voort uit reacties van het ego op bedreiging van het libido waardoor een interne bedreiging wordt omgezet in een externe bedreiging. Ongepaste seksuele verlangens of impulsen worden getransformeerd in bijvoorbeeld angst, omdat dit maatschappelijk meer geaccepteerd wordt. Volgens Freud kan iemand dan ook geen fobie hebben als hij of zij een normale seksuele ontwikkeling had doorgemaakt en een bevredigend seksleven had.
Hoewel de psychoanalyse onderhevig is geweest aan veel kritiek, zijn er bruikbare elementen in deze theorie. Zo lijkt het erop dat sommige angsten symbolisch van aard zijn en dat onbewuste processen angst in stand houden. De psychoanalyse speelt echter geen rol binnen de DSM.
Wat voor biologische theorieën?
Biologische theorieën zijn er eerder op gericht om bepaalde stoornissen te verklaren dan voor het verklaren van angst in het algemeen. Psychologische en biologische theorieën hebben veel gemeen, maar kunnen ook met elkaar botsen. Zo stelt de biologische theorie van anxiety dat wanneer een psychologisch suffocation alarm system in werking treedt, een paniekgevoel volgt.
De psychologische theorie zegt dat paniek veroorzaakt wordt door het verkeerd interpreteren van bepaalde lichaamsprocessen. De psychologische theorie komt uit op (cognitieve) behandeling, terwijl de biologische theorie meer gelooft in het toepassen van medicatie. De werking van medicatie ondersteunt de biologische theorieën. Dit doet dan ook afbraak aan het bestaan van pure psychologische theorieën.
Gerelateerde pagina's
Relaties en meer lezen
- Hoe ontstaat angst of een fobie?
- Wat is angst en angstig zijn?
- Wat zijn de theorieën over het ontstaan van angst?
- Welke factoren hebben invloed op het ervaren van angst?
- Welke psychologische, angst en paniekstoornissen zijn er?
- Welke angst- en stressgerelateerde stoornissen zijn er?
- Samenvatting van Anxiety van Rachman
- Durf hebben: leren of versterken
- Angst overwinnen: leren en ontwikkelen
- Psychiatrie en psychische stoornis studeren en stage in het buitenland
- 1 van 4
- volgende ›
Chapters
Teksten & Informatie
JoHo 'chapter 'pagina
Wat vind je op een JoHo 'chapter' pagina?
- JoHo chapters zijn tekstblokken en hoofdstukken rond een specifieke vraag of een deelonderwerp
Crossroad: volgen
- Via een beperkt aantal geselecteerde webpagina's kan je verder reizen op de JoHo website
Crossroad: kiezen
- Via alle aan het chapter verbonden webpagina's kan je verder lezen in een volgend hoofdstuk of tekstonderdeel.
Footprints: bewaren
- Je kunt deze pagina bewaren in je persoonlijke lijsten zoals: je eigen paginabundel, je to-do-list, je checklist of bijvoorbeeld je meeneem(pack)lijst. Je vindt jouw persoonlijke lijsten onderaan vrijwel elke webpagina of op je userpage
- Dit is een service voor JoHo donateurs en abonnees.
Aanmelden
- Hier kun je naar de pagina om je aan te sluiten bij JoHo, JoHo te steunen en zelf en volledig gebruik te kunnen maken van alle teksten en tools.
Aanmelding: checken
- Hier vind je wat jouw status is als JoHo donateur of abonnee
Prints: maken
- Dit is een service voor wie bij JoHo is aangesloten. Wil je een tekst overzichtelijk printen, gebruik dan deze knop.