oplossingsgerichtheid zijn:

ontwikkelen, verbeteren of beheersen

 

Van signalen herkennen tot motivaties begrijpen

Van competenties opdoen tot vaardigheden verbeteren in het buitenland

van vrijwilligerswerk doen tot werkvaardigheden in binnen- en buitenland

Indeling

oplossingsgerichtheid zijn      

oplossingsgerichtheid zijn: relaties      

oplossingsgerichtheid zijn: gerelateerde termen     

wegwijzer bij competenties en motivaties      

naar het buitenland   

Oplossingsgerichtheid zijn in binnen-en buitenland

Wat is creatief zijn, oplossingsgericht denken en omdenken, als competentie?

Wat is creatief zijn, oplossingsgericht denken en omdenken, als competentie?

    Wat betekent de competentie: creatief zijn?

    • Het benaderen van vraagstukken vanuit verschillende invalshoeken, waarbij je met originele en nieuwe ideeën en oplossingen komt. 
    • Het vermogen om efficiënt en automatisch te worden in het denken en het oplossen van problemen. 
    • Je kunt gevestigde denkpatronen doorbreken.

    Wat is het nivo waarop je creatief kunt zijn?

    De mate waarin je de competentie 'creatief zijn' kan beheersen, is oplopend:

    1. Anders kunnen kijken
    2. Innovatief zijn
    3. Oplossingsgericht zijn:

      Wat is anders kunnen kijken en omdenken?

      • Anders kunnen kijken, of omdenken wil zeggen dat je vanaf een andere kant een kwestie, probleem of vraag kan benaderen, dat je ook kritisch en doordacht kan reageren
        • Je kunt vraagstukken benaderen vanuit verschillende invalshoeken.
        • Je bent niet gebonden aan vaste patronen en (denk)kaders.
        • Je kunt bestaande werkwijzen verbeteren.
        • Je kunt inhaken op nieuwe zienswijzen.
        • Je merkt problemen/knelpunten tijdig op en draagt oplossingen aan.

      Wat is innovatief zijn?

      • Innovatief zijn is het hebben en stimuleren van nieuwe, originele ideeën, werkwijzen en toepassingen. Je richt je met een onderzoekende en nieuwsgierige geest op toekomstige vernieuwing van strategie, producten, diensten en markten (synoniemen: vernieuwingsgerichtheid).
        • Je kunt vraagstukken benaderen vanuit nieuwe en onverwachte invalshoeken.
        • Je denkt conceptueel na over vraagstukken.
        • Je kunt bestaande ideeën en oplossingen met elkaar in verband brengen om tot een nieuwe oplossing of nieuw idee te komen.
        • Je komt regelmatig met ongebruikelijke en innovatieve voorstellen en ideeën.

      Wat is oplossingsgericht zijn?

      • Oplossingsgericht zijn is het kunnen denken in termen van oplossingen, problemen worden niet genegeerd en niet nodeloos geproblematiseerd.
        • Je ondersteunt en inspireert anderen in een vernieuwend denkproces
        • Je maakt van samenwerken een win-win-situatie, waarbij eigen ideeën en ideeën van anderen samenkomen, en komt tot vernieuwende voorstellen.
        • Je draagt ertoe bij dat vernieuwende ideeën tot uitvoering worden gebracht.
        • Je schept een klimaat waarin creativiteit gestimuleerd wordt.

      Wat zijn aanwijzingen en indicatoren voor je creativiteit?

      • nieuwsgierigheid, concentratie, humor, een hoog energieniveau, aanpassingsvermogen, onafhankelijkheid, speelsheid, non-conformiteit, risicogedrag, aantrekkingskracht tot het complexe en mysterieuze, bereidheid tot fantaseren en dagdromen, inventiviteit en intolerantie voor verveling.
      • Deze indicatoren kunnen echter ook worden gebruikt bij het identificeren van begaafde of getalenteerde kinderen.
      Oplossen versus veroorzaken: begrippen, definities en inzichten

      Oplossen versus veroorzaken: begrippen, definities en inzichten

      Wat is een probleem?

      Wat is een probleem?

      Wat is probleem?

      • Een probleem is een situatie die in de ogen van probleemsteller moeilijk is op te lossen en schade veroorzaakt of verandering in de weg staat.

      "Het probleem is vaak dat er een probleem van wordt gemaakt"

      Wat is de definitie van een probleem?

      • Een probleem treedt op wanneer er een obstakel is tussen een huidige staat en een doel en het niet meteen vanzelfsprekend is hoe dit obstakel omzeild kan worden.
      • Goed gedefinieerde problemen hebben vaak een correcte oplossing, waarbij bepaalde procedures tot een oplossing leiden, indien goed uitgevoerd.
      • Slecht gedefinieerde problemen komen vaak voor in het dagelijks leven en hebben niet direct een ‘correcte’ oplossing en hebben vaak een onduidelijke route die tot de juiste oplossing leidt.
      • Zie o.a Goldstein

      Wat is problematiek?

      • Problematiek is een groep van verschillende problemen bij elkaar.
      • Problematiek geeft vaak aan dat de oplossing wat complexer is dan bij een individueel probleem.

      Wat is heuristiek?

      • Heuristiek is een soort regel of een soort strategie die je kan gebruiken om een oplossing voor een probleem vinden. Een heuristiek die altijd werkt noemen ze een  een algoritme.

      Wat is een oplossing?

       

      Wat is een genuanceerd oordeel?

      Wat is een genuanceerd oordeel?

      Wat is genuanceerd oordelen?

      • Genuanceerd oordelen is het op basis van beschikbare informatie komen tot realistische, onderbouwde en bruikbare conclusies over mogelijke alternatieve handelwijzen.

      Wat is onhankelijke oordelen?

      • Onhankelijke oordelen is niet afgaan op meningen en reacties van anderen, maar zelfstandig een mening vormen zonder je te laten beïnvloeden door anderen. Je eigen koers varen.

      Wat zijn gerelateerde compenties aan oordeelsvorming?

      • Oordelen op basis van feiten en invalshoeken
      • Alternatieven kunnen afwegen
      • Standpunten kunnen innemen
      • Anderen stimuleren om tot een onderbouwd en genuanceerd oordeel te komen
      Wat is creativiteit?

      Wat is creativiteit?

      Wat is creativiteit?

      • Creativiteit is iets nieuws zien, iets nieuws vinden en iets nieuws doen of maken.

      Wat is creatief zijn?

      • Creatief zijn komt neer op een manier van waarnemen, denken of doen, waarbij je een kans of oplossing ziet voor een mogelijk probleem
      Wat is creatief zijn, oplossingsgericht denken en omdenken, als competentie?

      Wat is creatief zijn, oplossingsgericht denken en omdenken, als competentie?

        Wat betekent de competentie: creatief zijn?

        • Het benaderen van vraagstukken vanuit verschillende invalshoeken, waarbij je met originele en nieuwe ideeën en oplossingen komt. 
        • Het vermogen om efficiënt en automatisch te worden in het denken en het oplossen van problemen. 
        • Je kunt gevestigde denkpatronen doorbreken.

        Wat is het nivo waarop je creatief kunt zijn?

        De mate waarin je de competentie 'creatief zijn' kan beheersen, is oplopend:

        1. Anders kunnen kijken
        2. Innovatief zijn
        3. Oplossingsgericht zijn:

          Wat is anders kunnen kijken en omdenken?

          • Anders kunnen kijken, of omdenken wil zeggen dat je vanaf een andere kant een kwestie, probleem of vraag kan benaderen, dat je ook kritisch en doordacht kan reageren
            • Je kunt vraagstukken benaderen vanuit verschillende invalshoeken.
            • Je bent niet gebonden aan vaste patronen en (denk)kaders.
            • Je kunt bestaande werkwijzen verbeteren.
            • Je kunt inhaken op nieuwe zienswijzen.
            • Je merkt problemen/knelpunten tijdig op en draagt oplossingen aan.

          Wat is innovatief zijn?

          • Innovatief zijn is het hebben en stimuleren van nieuwe, originele ideeën, werkwijzen en toepassingen. Je richt je met een onderzoekende en nieuwsgierige geest op toekomstige vernieuwing van strategie, producten, diensten en markten (synoniemen: vernieuwingsgerichtheid).
            • Je kunt vraagstukken benaderen vanuit nieuwe en onverwachte invalshoeken.
            • Je denkt conceptueel na over vraagstukken.
            • Je kunt bestaande ideeën en oplossingen met elkaar in verband brengen om tot een nieuwe oplossing of nieuw idee te komen.
            • Je komt regelmatig met ongebruikelijke en innovatieve voorstellen en ideeën.

          Wat is oplossingsgericht zijn?

          • Oplossingsgericht zijn is het kunnen denken in termen van oplossingen, problemen worden niet genegeerd en niet nodeloos geproblematiseerd.
            • Je ondersteunt en inspireert anderen in een vernieuwend denkproces
            • Je maakt van samenwerken een win-win-situatie, waarbij eigen ideeën en ideeën van anderen samenkomen, en komt tot vernieuwende voorstellen.
            • Je draagt ertoe bij dat vernieuwende ideeën tot uitvoering worden gebracht.
            • Je schept een klimaat waarin creativiteit gestimuleerd wordt.

          Wat zijn aanwijzingen en indicatoren voor je creativiteit?

          • nieuwsgierigheid, concentratie, humor, een hoog energieniveau, aanpassingsvermogen, onafhankelijkheid, speelsheid, non-conformiteit, risicogedrag, aantrekkingskracht tot het complexe en mysterieuze, bereidheid tot fantaseren en dagdromen, inventiviteit en intolerantie voor verveling.
          • Deze indicatoren kunnen echter ook worden gebruikt bij het identificeren van begaafde of getalenteerde kinderen.
          Wat is brainstormen?

          Wat is brainstormen?

          Een manier om creatieve, nieuwe ideeën te creëren is brainstorming. Dit is een methode om creativiteit te vergroten in een groep door middel van expressiviteit, het uitstellen van beoordeling, doelbewust voortbouwen op vorige ideeën, en 'kwantiteit gaat boven kwaliteit'.

          Wat is scepsis, en wat betekent sceptisch zijn?

          Wat is scepsis, en wat betekent sceptisch zijn?

          Wat is scepsis?

          • Scepsis is twijfel. Twijfel aan de waarheid, aan wat iemand zegt en in fundamentelere zin aan een goed proces.
          • De aanwezigheid van scepsis herken je wanneer jezelf of een ander een hoop 'beren op de weg' ziet.

          Wat is sceptisch zijn?

          • Sceptisch zijn wil zeggen dat je niet vertrouwt op een goede afloop. In die zin is het gerelateerd aan pessimisme.
          • Het heeft een mate van terughoudendheid in zich. Het heeft als gevolg dat je geen actie wilt ondernemen en geen risico wilt lopen.

          “Men are never convinced of your reasons, of your sincerity, of the seriousness of your sufferings, except by your death. So long as you are alive, your case is doubtful; you have a right only to their skepticism.” - Albert Camus

           

          Wat is oordeel vormen, standpunt innemen en in staat zijn om te nuanceren, als competentie?

          Wat is oordeel vormen, standpunt innemen en in staat zijn om te nuanceren, als competentie?

          Wat is het nivo waarop je oordeel vormen kunt beheersen?

          De mate waarin je de competentie 'oordeel vormen' kan beheersen, is oplopend:

          1. Oordelen op basis van feiten en invalshoeken.
          2. Alternatieven kunnen afwegen en standpunten kunnen innemen.
          3. Anderen kunnen stimuleren om tot een onderbouwd en genuanceerd oordeel te komen.

          Wat is een oordeel vormen op basis van feiten en vanuit verschillende invalshoeken?

          • Je kunt snel en efficiënt de juiste informatie vergaren.
          • Je weegt de alternatieven af.
          • Je staat open voor de mening van anderen.
          • Je kunt jouw eigen mening goed onderbouwen.
          • Je overziet effecten van acties en besluiten die gebaseerd zijn op je eigen mening.

          Wat is alternatieven kunnen afwegen en standpunten kunnen innemen?

          • Je neemt meerdere invalshoeken of criteria in afweging, zoals klantenbelangen, kwaliteit, efficiëntie en kosten, praktische houdbaarheid, personeel, doelstellingen op zowel korte als lange termijn.
          • Je neemt ten aanzien van vraagstukken een persoonlijk standpunt in en je kunt duidelijk aangeven op basis waarvan je tot een bepaald oordeel bent gekomen.
          • Je betrekt mogelijke neveneffecten van jouw standpunt in de overwegingen.
          • Je bent in staat in complexe vraagstukken te beargumenteren waarom en in welke mate een bepaald alternatief de voorkeur verdient boven andere alternatieven.

          Wat is het stimuleren van een onderbouwde en genuanceerde oordeelsvorming?

          • Je maakt onderscheid in hoofd- en bijzaken en je prioriteert hoofdzaken.
          • Je schetst de gevolgen van het oordeel op korte en lange termijn en je houdt daarbij rekening met onzekere factoren.
          • Je stimuleert interactie over meningen en oordelen.
          Vraag stellen en antwoord zoeken: van probleem naar oplossing gaan

          Problemen oplossen en voorkomen: uitgelichte chapter- en boeksamenvattingen

          Problemen oplossen en voorkomen: uitgelichte chapter- en boeksamenvattingen

          Hoe vind je een oplossing voor een probleem?

          Hoe vind je een oplossing voor een probleem?

          Wat zijn algemene methoden voor het oplossen van een probleem

          • Mensen lossen vaak problemen op. In al deze gevallen hebben mensen een bepaald doel en proberen ze uit te vinden hoe ze dat doel kunnen bereiken. Onderzoekers vergelijken probleemoplossen soms met een zoektocht, waarbij je begint met een oorspronkelijke staat (de kennis en bronnen die je aan het begin hebt) . Om je doel te bereiken kun je gebruik maken van operators, handelingen die de staat waarin je bent veranderen. Er zijn ook bepaalde beperkingen (path constraints), zoals een gebrek aan tijd en geld, die sommige oplossingen uitsluiten. De combinatie van alle staten die bereikt kunnen worden tijdens het oplossen, wordt de probleemruimte genoemd. Als je het zo beschrijft lijkt het wellicht alsof je eerst langs alle opties moet gaan om te beslissen welke keuze het beste is, dit is echter niet efficiënt. In plaats daarvan maken mensen gebruik van heuristieken.
          • Heuristiek is een soort regel of een soort strategie die je kan gebruiken om een oplossing voor een probleem vinden. Een heuristiek die altijd werkt noemen ze een  een algoritme.

          Welke algemene regels voor een oplossing van een probleem?

          • Wat voor soort heuristieken gebruiken mensen in dit geval? Een mogelijkheid is de bergbeklimmersheuristiek. Deze strategie kan behulpzaam zijn, maar het is niet zo dat mensen altijd alleen maar ‘vooruit’ gaan om hun doel te bereiken, soms moeten ze een stapje terug doen. Toch is dit wel een veel gebruikte strategie. Gelukkig hebben mensen ook andere heuristieken tot hun beschikking, zoals doel-middelen analyse (means-end analysis). Bij deze strategie breken mensen het probleem vaak op in subproblemen, met elk hun eigen doel, waardoor ze het probleem eenvoudiger kunnen oplossen.

          Hoe gebruik je plaatjes en beelden voor probleemoplossing?

          • Mensen hebben ook andere hulpmiddelen in hun mentale gereedschapskist. Zo is het soms handig om een probleem concreet te maken door een mentale afbeelding of een plaatje te gebruiken. Wanneer het probleem te maken heeft met beweging, is het vaak makkelijker om mentale afbeeldingen te gebruiken in plaats van een plaatje. Soms is het echter handiger om een plaatje te gebruiken, bijvoorbeeld als het gaat om zeer gedetailleerde vormen.

          Hoe gebruik je ervaring voor een oplossing van een probleem?

          • Tot nu toe hebben we vooral strategieën gezien, die iedereen kan gebruiken bij het oplossen van problemen. Waar komen dan precies die verschillen tussen mensen vandaan? Soms kan een probleem je herinneren aan een probleem dat je eerder hebt opgelost en kun je gebruik maken van deze analogie om je huidige probleem op te lossen. Hoewel het gebruik van analogieën overduidelijk voordeel heeft, slagen mensen er vaak niet in om ze te gebruiken, tenzij ze heel duidelijk geïnstrueerd worden. Het is hierbij van belang dat mensen nadenken over de diepere structuur van de problemen en niet alleen de oppervlakkige eigenschappen. Het lijkt inderdaad zo te zijn dat mensen beter zijn in problemen oplossen, wanneer ze gewezen worden op de diepere structuur.

          Hoe lossen experts een probleem op?

          Experts lijken vaak problemen aan te pakken door te kijken naar de diepe structuur. Ook gebruiken ze hiervoor vaker analogieën. Hiervoor is wel specifieke expertise in een relevant domein nodig. Ook zijn experts goed in het gebruik van subdoelen om een probleem op te lossen en zijn ze goed in het organiseren van relevante informatie en kennis, waardoor ze meer kunnen onthouden. Zo richten ze hun aandacht op de relaties tussen bepaalde eenheden, waardoor ze een idee hebben van de brede strategieën en zich niet te veel bezig houden met irrelevante details. Ook weten experts simpelweg meer over het relevante domein.

          Hoe definieer je een probleem?

          • Voor sommige problemen zijn de originele staat, operators en het doel duidelijk vanaf het begin. Andere problemen zijn niet duidelijk gedefinieerd. Een mogelijke manier om hier mee om te gaan is het gebruik van subdoelen. Een andere mogelijkheid is het toevoegen van structuur. Soms kun je echter op meerdere manieren een probleem begrijpen en blijf je vastzitten in een bepaalde manier van denken, wat functional fixedness wordt genoemd. Deze rigiditeit wordt door sommigen ook wel de probleemoplossingsset genoemd, of einstellung. Een klassieke demonstratie hiervan komt naar voren in het water-kan probleem.

          Hoe gebruik je creativiteit bij het oplossen van een probleem?

          • Om creativiteit te onderzoeken hebben wetenschappers regelmatig gekeken naar beroemde personen die deze’ eigenschap’ leken te bezitten. Er zijn bepaalde voorwaarden voor creativiteit. Zo spelen er persoonlijke factoren mee, maar zijn ook omgevingsfactoren van belang. De gebruikte case studies wijzen er ook op dat het functioneel is om gebruik te maken van een sociaal-culturele benadering van creativiteit.
          • Volgens sommige wetenschappers maakt creativiteit gebruik van vier fases: voorbereiding, incubatie, illuminatie en verificatie. Andere onderzoekers zijn het daar niet mee eens en ook verschillende studies laten zien dat deze processen onwaarschijnlijk zijn. Zo wordt incubatie soms genoemd als een vorm van onbewust probleemoplossen, maar het kan eigenlijk op een makkelijkere manier worden begrepen. Vaak zijn mensen dan even uitgerust van vermoeidheid of gaan ze weer verder na een pauze terwijl ze eerst vastliepen. Ook is er meestal geen sprake van een ‘aha’ moment (illuminatie), dit wijst er slechts op dat mensen een nieuwe strategie hebben gevonden om het probleem mogelijk te kunnen oplossen.
          • Verschillende onderzoekers die gebruik maken van deze data stellen dan ook dat creativiteit simpelweg het product is van verschillende eenvoudige elementen, die samen tot iets uitzonderlijks leiden als ze op de juiste manier gecombineerd worden. Voorbeelden hiervan zijn bepaalde cognitieve processen, emotionele, persoonlijke en situationele factoren.

          Hoe gebruik je intelligentie bij het oplossen van een probleem?

          • Er bestaat veel controversie met betrekking tot intelligentieonderzoek. Veelgebruikte onderzoeksmethoden, lijken echter wel een betrouwbare en valide meting te zijn. De validiteit wordt beoordeeld door het IQ te correleren met bepaalde prestaties op taken die intelligentie lijken te vereisen. Ook kan gekeken worden hoe goed je met IQ prestaties kunt voorspellen, wat predictieve validiteit wordt genoemd. De gevonden correlaties zijn niet perfect, dus geen 1.00, wat wil zeggen dat prestatie nooit door intelligentie alleen wordt bepaald.

          Algemene vs. Specifieke intelligentie

          • Veel intelligentietesten bestaan uit verschillende subtesten en mensen die een subtest goed maken doen het meestal ook goed op andere subtesten. Deze data wijst erop dat er ‘algemene intelligentie’, of g bestaat. Er zijn echter ook meer specifieke vormen van intelligentie te onderscheiden, waar ook rekening mee moet worden gehouden wanneer intelligentie wordt beoordeeld. Het patroon van iemands sterke en zwakke punten kan bijvoorbeeld worden weergegeven in hiërarchische modellen van intelligentie. Ook moet er onderscheid gemaakt worden tussen vloeiende (omgaan met nieuwe en ongebruikelijke problemen) en gekristalliseerde intelligentie (vaardigheden en kennis). Algemene intelligentie kan ook worden verbonden aan het idee van executieve controle, een idee dat goed past bij de pariëtale-frontale integratietheorie.

          Meerdere vormen van intelligentie

          • Intelligentie is ook afhankelijk van iemands motivatie en attitude. Daarom is het belangrijk om intelligentie op meerdere manieren en verschillende momenten te meten. Daarnaast moet er onderscheid gemaakt worden tussen iemands mentale capaciteiten en intelligentie. Er kunnen ook andere vormen van intelligentie zijn, zoals praktische intelligentie. Over de theorie van multipele intelligenties bestaat controversie.

          Genen vs. omgeving

          • Zowel genen als omgeving, of eigenlijk een interactie hiertussen, hebben (heeft) invloed op intelligentie. Dit blijkt bijvoorbeeld uit het flynn effect. We kunnen zeggen dat de genen bepalen welke potentie iemand heeft en dat de omgeving ervoor zorgt in welke mate iemand deze potentie bereikt.

          Groepsmetingen van intelligentie

          • Er is onenigheid over verschillen tussen groepen qua intelligentie. Er lijken geen sekseverschillen te zijn, al zijn de scores van mannen meer variabel. Veel van de gevonden verschillen worden echter veroorzaakt door stereotype threat. Dit kan ook het verschil in scores tussen etnische groepen verklaren.

           

          Bronnen en verder lezen

           

           

          Wat zijn ontwikkelingen rond de thema's probleemoplossing en redeneren?

          Wat zijn ontwikkelingen rond de thema's probleemoplossing en redeneren?


          Hoe zag onderzoek naar probleemoplossing er vroeger uit?

          De eerste onderzoekers richten zich met betrekking tot het concept probleemoplossing voornamelijk op de gedachten (thought). De behavioristen richten zich echter bij het onderzoek naar probleemoplossing op waarneembaar gedrag en leren; Thorndike (1898) stelde bijvoorbeeld dat het proces van probleemoplossing geschiedde aan de hand van de methode van trial and error. Gestalt-psychologen erkenden dat een deel van de probleemoplossing inderdaad middels ‘trial and error’ tot stand zou kunnen komen, maar zochten ook naar alternatieve verklaringen. Zij wilden met hun onderzoeken aantonen waarom mensen moeilijkheden kunnen ondervinden bij het zoeken naar de juiste oplossing van een probleem.

          Volgens Gestalt psychologen vereist het proces van probleemoplossing een dusdanige reorganisatie en herstructurering van de elementen van de probleemsituatie dat er een oplossing kan worden gevonden. Dit staat bekend als inzicht of productief denken. Hier tegenover staat reproductief denken; dit vertrouwt op de mechanische toepassing van vroegere oplossingen op het huidige probleem. Een aantal potentiële belemmeringen voor probleemoplossing zijn:

          • Functional fixedness: het onvermogen om een object in een gegeven situatie juist te gebruiken wegens een vroeger gebruik op een andere manier (niet in staat zijn om binnen een andere context iets juist toe te passen);

          • Type of set effect: de mechanische toepassing van geleerde regels (niet in staat zijn om regels flexibel toe te passen).

          De Gestalt psychologen toonden aan dat sommige problemen niet kunnen worden opgelost door reproductief denken en dat vroegere ervaringen de probleemoplossing in de weg kunnen staan. Het concept inzicht wordt echter niet door hen verklaard; pogingen hiertoe werden gedaan binnen de informatieverwerking benadering.

          Wat houdt de informatieverwerking benadering in?

          Newell en Simon (jaren 60) toonden aan dat de meeste (eenvoudige) problemen bestonden uit een aantal mogelijke oplossingen aan de hand ban een computerprogramma (General Problem Solver); elk van deze oplossingen konden weer worden opgedeeld in fasen:

          1. Representatie van het probleem, door middel van een probleemruimte. De probleemruimte omvat de goal state, de initial state, de instructies en de beperkingen van het probleem plus alle relevante opgehaalde informatie van het lange termijn geheugen.

          1. Selectie van de operators (de mogelijk te ondernemen acties);

          1. Implementatie van de geselecteerde ‘operators’;

          1. Evaluatie van de (voorlopige) eindtoestand. Als de huidige staat overeenkomt met het doel uit fase 1 is een oplossing bereikt.

          Volgens Newell en Simon worden de meeste problemen opgelost door gebruik te maken van heuristiek. Dit zijn methoden of strategieën die vaak leiden tot probleemoplossing, maar geen garantie tot succes geven; dit in tegenstelling tot (wiskundige) algoritmen. Een voorbeeld hiervan is een (vuist)regel die ervoor zorgt dat er minder operaties nodig zijn om tot de oplossing van een probleem te komen (ezelsbruggetje). Een heuristiek is domein onafhankelijk, wat inhoudt dat een bepaalde heuristiek op verschillende domeinen kan worden toegepast.

          Een state-action tree toont alle mogelijke acties en states die tot de oplossing van een probleem kunnen leiden (check-every state approach). Deze ‘state-action tree’ is echter alleen beperkt tot goed gedefinieerde problemen, complexe problemen kunnen niet op deze manier worden opgelost. Goed gedefinieerde problemen bestaan uit een duidelijke beginstaat, doelstaat en een overzicht van de aanwezige operatoren. Complexe problemen kunnen worden opgelost door middel van problem reduction: hierbij wordt het probleem opgedeeld in meerdere subproblemen en deze worden ook weer opgedeeld totdat het probleem wordt opgelost (divide-and-conquer approach).

          Means-end-analysis is een methode om deze subproblemen op te stellen: eerst wordt gekeken naar het verschil tussen de huidige en de gewenste (doel)toestand (goal state), door terug te werken vanaf de gewenste toestand worden subdoelen opgesteld. Het kiezen van geschikte subdoelen om een bepaald einddoel te bereiken is belangrijk voor succesvolle probleemoplossing.

          Bekende problemen die zijn onderzocht zijn ‘The tower of Hanoi’ (men moet hierbij schijven verplaatsen van de ene naar de andere ‘toren’) en ‘The hobbits and the orcs’. De moeilijkheid voor mensen is om flexibel te zijn in het gebruik van strategieën voor probleemoplossing en om bereid te zijn om een strategie los te laten die je dichter bij het einddoel lijkt te brengen. Probleemoplossing is dus onder andere afhankelijk van de bereidheid om van strategie te wisselen, daarnaast lijkt het verbaliseren van de gedachten tijdens het probleem oplossen een positief effect te hebben. Er is bovendien gebleken dat wanneer er direct na het ondernemen van een actie wordt gevraagd de gekozen actie te evalueren, de probleemoplossing verbetert.

          Probleem representatie

          Hoe individuen het probleem in eerste instantie voorstellen is een belangrijke factor die het oplossen ervan beïnvloedt. Deze initiële voorstelling wordt onder anderen beïnvloed door de taal die wordt gebruikt om het probleem te beschrijven en door vroegere ervaringen. Wanneer vroegere ervaringen niet bruikbaar zijn om het huidige probleem op te lossen, dan kan er een impasse ontstaan. Een impasse is een soort ‘mental blank’ dat gecombineerd is met een subjectief gevoel dat je niet weet wat je moet doen. Deze impasse kan doorbroken worden door de voorstelling van het probleem te veranderen. Twee methoden processen die hiervoor gebruikt kunnen worden zijn:

          • Chunk decomposition: het (grote) probleem opdelen in kleinere behapbare brokjes.

          • Constraint relaxation: de beperkingen van het probleem minder strak toepassen.

          • De hill climbing heuristiek houdt in dat men in stapjes probeert omhoog te werken naar het einddoel.

          Wat is het verband tussen analogie en probleemoplossing?

          In het dagelijks leven komen we vaak nieuwe problemen tegen die overeenkomsten vertonen met problemen die we eerder zijn tegengekomen. Het nieuwe probleem oplossen analoog stellen aan het eerdere probleem kan dan uitkomst bieden. Gentner en Gentner (1983) behoorden tot de eersten die nadachten over hoe het gebruik van analogieën een bijdrage kon leveren aan het oplossen van problemen. Om uit te leggen hoe elektriciteit door een elektrisch circuit stroomt, gebruikten ze de analogie van stromend water. Het analogie proces kan worden opgedeeld in drie fasen:

          1. Het (doel)probleem (target problem) moet worden geïnterpreteerd en gepresenteerd. Hier speelt het begrip van taal een belangrijke rol;

          1. Een bruikbare analogie moet worden geselecteerd en moet worden opgehaald uit het lange termijn geheugen;

          1. Overeenkomsten tussen het (doel)probleem en de analogie moeten worden waargenomen, en elementen van de analogie moeten kunnen worden geprojecteerd op het (doel)probleem.

          Het analogisch probleemoplossen is niet een automatisch proces, maar vereist bewuste pogingen om het (doel)probleem in verband te brengen met een analogische bron. Met betrekking tot het begrip gelijksoortigheid kan onderscheid gemaakt worden tussen:

          • Structural similarity: de onderliggende relaties van de analogie en het (doel) probleem vertonen overeenkomst;

          • Superficial similarity: objecten en hun eigenschappen, hoofdpersonen of verhaallijnen van de analogie en het (doel)probleem vertonen overeenkomst.

          In laboratorium onderzoek is aangetoond dat proefpersonen vaak analogieën gebruiken die ‘superficial similarity’ vertonen met het (doel)probleem. Recent veldonderzoek stelt echter dat mensen ook vaak analogieën gebruiken waarbij geen sprake is van ‘superficial similarity’. Wanneer mensen gevraagd wordt om analogieën te genereren blijkt dat ze op zoek gaan naar relationele, structureel overeenkomstige bronnen.

          Samenvattend kan worden gesteld dat kennis een belangrijke rol kan spelen in het succesvol oplossen van een probleem; onderzoek naar het gebruik van analogieën heeft dit aangetoond.

          Wat is het verschil tussen deductief en inductief redeneren?

          Van probleem oplossen is sprake wanneer voldaan wordt aan de volgende drie criteria:

          1. De activiteiten moeten doelgericht zijn;

          1. Het bereiken van het doel moet de opeenvolging van een aantal mentale processen behelzen (niet van enkel één mentaal proces);

          1. Deze processen moeten – waarneembaar –cognitief zijn.

          Er kan onderscheid gemaakt worden tussen deductief en inductief redeneren. Bij inductief redeneren komt men tot een algemene regel, dit heet ook wel generalisatie, op grond van een aantal specifieke waarnemingen. Bij deductief redeneren gaat men van het algemene naar het bijzondere. Op logische wijze wordt dan de conclusie afgeleid uit de gegeven premissen. Uit de premissen ‘alle vogels zijn dieren’ en ‘alle zwanen zijn vogels’ kan worden geconcludeerd dat alle zwanen dieren zijn. Een belangrijk verschil tussen inductief en deductief redeneren is dat bij deductief redeneren iets correct of incorrect is (de conclusie is zeker), terwijl bij inductief redeneren de conclusie gezien kan worden als een hypothese. De conclusie is hoogst waarschijnlijk, maar niet zeker. Bij deductief redeneren geldt dat bij een logisch valide argument, de waarheid van de premissen garandeert dat de conclusie ook waar is.

          Binnen de propositielogica onderscheidt men verschillende geldige redeneringen: modus ponens en modus tollens. Daartegenover staan ongeldige redeneringen: de drogreden van de bevestiging van de consequens en de drogreden van de ontkenning van de antecedens.

          Hier volgt een voorbeeld van een modus ponens-redenering:

          • Als P dan Q (Als de bel gaat blaft de hond)
          • P (De bel gaat)
          • Q (Dus de hond blaft)

          Een voorbeeld van een modus tollens-redenering is:

          • Als P dan Q (Als de bel gaat blaft de hond)
          • P (De hond blaft niet)
          • Q (Dus de bel gaat niet)

          Een voorbeeld van de (ongeldige) drogreden van de bevestiging van de consequens is:

          • Als P dan Q (Als de bel gaat blaft de hond)
          • P (De hond blaft)
          • Q (Dus de bel gaat)

          Een voorbeeld van de (ongeldige) drogreden van de ontkenning van de antecedens is:

          • Als P dan Q (Als de bel gaat blaft de hond)
          • P (De bel gaat niet)
          • Q (Dus de hond blaft niet)

          Bij een inductieve redeneertaak blijken mensen logische strategieën te hanteren. Welke strategie gebruikt wordt is afhankelijk van de complexheid van het probleem en de cognitieve vaardigheden van de oplosser. Mensen hebben de neiging om een hypothese eerder te verifiëren dan te falsifiëren, terwijl falsifiëren de beste manier is om een hypothese te testen. Dit wordt ook wel de confirmation bias genoemd. Wason (1960) legde deze denkfout uit aan de hand van zijn bekende selectietaak met kaarten. Er liggen bij die taak vier kaartjes op tafel. Elk kaartje heeft aan de ene kant een letter en aan de andere kant een cijfer. Op de kanten die je kunt zien, staan een A, een K, een 2 en een 7. Iemand stelt: "Voor deze vier kaartjes geldt het volgende. Wanneer er aan deze kant een 2 staat, staat aan de andere kant een A”. Welke kaartjes moet je minstens omdraaien om zeker te weten dat dit klopt? Het antwoord is 2 en 7. Veel mensen draaien echter 2 en A om, maar de regel stelt niet dat er als er een A aan deze kant staat, aan de andere kant een 2 moet staan.

          Onderzoek heeft aangetoond dat onze manier van redeneren afwijkt van de manier die wordt voorgeschreven volgens het systeem van formele logica.

          Welke theoretische benaderingen m.b.t. redeneren zijn er?

          Theorieën van ‘mental logic’ (formele regels) stellen dat, ondanks het feit dat we fouten maken en onjuiste conclusies accepteren, ons redeneren wordt ondersteund door het gebruik van formele regels. Fouten worden gemaakt wanneer we niet beschikken over alle regels van de formele logica. Ook komen fouten voor wanneer we zaken niet compleet bevatten (we denken over alle informatie te beschikken, maar dit is niet altijd het geval).

          Cheng (1986) stelt dat we abstracte redeneerschema’s ontwikkelen op basis van ervaringen in verschillende domeinen; deze redeneerschema’s zijn niet logisch, maar pragmatisch. Ze worden dan ook wel pragmatische redeneerschema’s genoemd. De regels van sommige pragmatische redeneerschema’s zullen tot dezelfde oplossing leiden als de regels van de standaard logica; de uitkomst lijkt dan te kunnen worden bestempeld als ‘logisch’. In het onderliggende proces wordt echter geen gebruik gemaakt van de formele logica. Fouten zullen dan ook ontstaan wanneer de regels van de pragmatische redeneerschema’s afwijken van die van de standaard logica. De pragmatische redeneerschema’s verklaren waarom de inhoud en de context van een redeneertaak zo belangrijk zijn.

          Mentale modellen

          De formele logica stelt dat ons deductief redeneren logisch is wanneer de juiste oplossing wordt gevonden en onlogisch wanneer de verkeerde oplossing wordt gevonden. Johnson-Laird (1983) suggereerde echter dat we òf gebruik maken van een geschikt mentaal model, òf van een ongeschikt mentaal model. Het mentale model gaat niet uit van regels, maar van de constructie van modellen/representaties. Het gaat ervan uit dat we redeneren middels het opbouwen van concrete interne representaties van situaties. Hetgeen beschreven wordt in de premissen wordt geïnterpreteerd en hiervan wordt een (visueel) mentaal model opgesteld. Deze benadering bestaat uit twee stappen: (1) het begrijpen van de premissen; (2) redeneren met de modellen. Het redeneren met de modellen wordt moeilijker naarmate het aantal modellen groter is; dit komt door ons beperkte werkgeheugen.

          The probabilistic approach

          Oaksford en Chater (1998) stelden dat logica geen geschikt raamwerk biedt om de alledaagse menselijke gevolgtrekkingen te begrijpen. Zij stelden dat ons alledaags redeneren probabilistisch is. In plaats van logische regels te gebruiken om een bepaalde gevolgtrekking te maken, wordt gebruik gemaakt van overtuigingen en vroegere ervaringen en wordt een inschatting gemaakt van de waarschijnlijkheid dat een conclusie waar is. Deze benadering tot redeneren wijkt af van andere benaderingen in de manier waarmee het omgaat met rationaliteit. Andere benaderingen definiëren rationaliteit als logisch redeneren en verklaren afwijkingen aan de hand van beperkingen (bijvoorbeeld de beperktheid van het werkgeheugen). De probabilistische benadering definieert rationaliteit echter in termen van probabilistisch redeneren.

          Dual process accounts

          Volgens dual-process theorieën zijn er twee aparte cognitieve systemen. Het eerste systeem (het analytisch systeem) wordt getypeerd als expliciet, bewust gecontroleerd en vergt extra werkgeheugencapaciteit. Het wordt omvat door mentale logica of mentale modellen. Het tweede systeem wordt getypeerd als impliciet, automatisch, onbewust en vrijwel kosteloos in termen van werkgeheugencapaciteit. Veel van ons redeneren vindt in dit tweede deel plaats en is dus onafhankelijk van logische processen.

          Samenvatting van Applying Social Psychology: From problems to solutions van Buunk & Van Vught

          Samenvatting van Applying Social Psychology: From problems to solutions van Buunk & Van Vught

          Study guide with Applying Social Psychology: From problems to solutions

            Online summaries and study assistance with the 3rd edition of Applying Social Psychology: From problems to solutions by Buunk & Van Vught

            Related content on joho.org

            Creativiteit en out-of-the-box denken: uitgelichte chapter- en boeksamenvattingen

            Creativiteit en out-of-the-box denken: uitgelichte chapter- en boeksamenvattingen

            Is creativiteit een belangrijke eigenschap op de werkvloer?

            Is creativiteit een belangrijke eigenschap op de werkvloer?


            Sommige werknemers zijn creatiever dan andere; ze komen met originele gedachten en nieuwe oplossingen en onderscheiden zich in de organisatie door innovatief te denken. Ondanks groeiende economische interesse, wat gekoppeld wordt met verschillende concepten (intelligentie, persoonlijkheid, leiderschap, verbeelding, motivatie, sociale beïnvloeding, intuïtie en talent), creativiteit blijft verwaarloosd onder selectie-onderzoeken. In 1950 benadrukte Guilford het belang van meer onderzoek op het gebied van creativiteit.

            Op kennis gebaseerde samenlevingen hebben van creativiteit een algemeen begrip gemaakt in leidinggevende en macro-economische strategieën en een drijfveer voor competitiviteit.

            Snelle vooruitgang in de technologie leidt tot kortere levenscycli van producten en het genereren van zakelijke concurrentie voor innovatieve ideeën.

            Daarnaast zijn culturele, esthetische en creatieve aspecten van economieën van geïndustrialiseerde landen snel groeiend.

            Het selecteren van creatieve werknemers is nu niet alleen een prioriteit voor vele sectoren, maar ook het gevolg van een hogere vraag voor nieuwkomers en de introductie van diverse werkteams, wat onvermijdelijk invloed heeft op selectie van personeel.

            Wat is creativiteit?

            Nieuwheid, waarde van ideeën, onafhankelijkheid in probleemoplossing, verwezenlijking van uitgebreide antwoorden.

            Er is een correlatie van r = .69 tussen iemands beoordelingen van creativiteit en intelligentie van denkbeeldige doelen.

            Creativiteit wordt vaak gedefinieerd in termen van originaliteit.

            Creatieve producten moeten niet alleen origineel zijn, maar ook bruikbaar!

            Creativiteit = productie van nieuwe en bruikbare ideeën.

            De term wordt vaak in verschillende contexten gebruikt. Het is een syndroom of complex, in plaats van een enkel fenomeen, dat verwijst naar creatieve personen, creatieve processen, creatieve producten en druk op creativiteit (invloeden uit de omgeving).

            Creatieve personen

            Deze benadering richt zich op verscHoe ga je om met creativiteit? hillen tussen individuen in creativiteit en probeert de factoren te identificeren waarom de één creatiever is dan de ander. Van oudsher waren dit cognitief vermogen, persoonlijkheid en motivatie. Tegenwoordig worden ook denkstijlen en kennis benadrukt.

            Barron: “Creatieve personen zijn betrokken, agressief, veeleisend, afhankelijk, dominant, krachtig, ongeduldig, initiatiefrijk, openhartig, sarcastisch, sterk en suggestief als ze een lage intelligentie hebben, terwijl oncreatieve mensen met hogere intelligentie mild, optimistisch, aangenaam, rustig en onbaatzuchtig zijn.

            Torrance: “Creativiteit is met name een persoonlijkheidssyndroom dat openheid tot ervaringen, avontuurlijkheid en zelfvertrouwen omvat”. Ze worden beschreven als risiconemers, tolerant ten opzichte van dubbelzinnigheid en ze accepteren complexiteit en chaos zonder angstig te worden. (er worden nog talloze kenmerken genoemd, p. 179). De introductie van de Big Five heeft het eerder eenvoudig gemaakt om de belangrijkste voorspellers van creativiteit te identificeren. Openheid is de meeste belangrijke en significante factor, daarna volgen extraversie en vriendelijkheid. De sterke link tussen creativiteit en openheid is niet verrassend. Openheid heeft het omgekeerde effect van consciëntieusheid (zorgvuldigheid), waar het vooral gaat om structuur en dat is juist weer ‘schadelijk’ voor creativiteit. Het is belangrijk om ‘out of the box’ te denken bij creativiteit.

            Verbale creativiteit was positief gekoppeld met extraversie en openheid en negatief met vriendelijkheid.

            Onderzoeksresultaten geven aan dat persoonlijkheidskenmerken op 27-jarige leeftijd de originaliteit en creatieve prestaties van iemand van 72 voorspellen.

            Creatieve mensen worden ook gekenmerkt door hun hoge cognitieve vermogen.

            Er liggen drie aspecten van intelligentie ten grondslag van individuele verschillen:

            • Synthetische intelligentie: combineren van verschillende cognities en produceren van nieuwe associaties.

            • Analytische intelligentie: het stelt creatieve mensen in staat om te oordelen over de waarde en/of de wenselijkheid van een idee

            • Praktische intelligentie: het toepassen van creatieve ideeën in het dagelijks leven en het ‘verkopen’ aan anderen.

            Deze opvatting definieert creatieve mensen door hun sociale competentie evenals hun motivatie om anders te denken dan de rest.

            Echter, onderzoek naar cognitieve vaardigheden die kenmerkend zijn voor een creatief persoon zijn geneigd te focussen op ‘academische’ competentie.

            De correlatie tussen creativiteit en intelligentie is significant, maar bescheiden (.16). Echter, beperkingen in dit onderzoek, zoals verzuim, onderschatten de echte koppeling tussen creativiteit en intelligentie. In een ander onderzoek is de correlatie .40. Echter, wanneer het IQ toeneemt, daalt de correlatie. Dit is in overeenstemming met de ‘drempel’ theorie van creativiteit en intelligentie, die zegt dat intelligentie noodzakelijk is om creatief te zijn, maar niet voldoende en dat na een bepaald niveau van intelligentie de effecten van het cognitief vermogen op creativiteit verzwakken. ‘Domme’ mensen scoren significant lager op creativiteit, maar ‘slimme’ mensen verschillen niet in creativiteit.

            Er zijn ook demografische en biografische factoren gekoppeld aan creativiteit, die beoordeeld worden door middel van biodata (CV’s).

            Creatieve processen

            De cognitieve mechanismen die creatief denken kenmerken. Het doel is om het algemene proces van creatief denken uit te leggen, in plaats van het verschil in creatieve en minder creatieve personen.

            Er wordt gesuggereerd dat creatieve processen gestart zijn en gestimuleerd worden door: verminderde filtering van stimuli, lagere verborgen remming of ‘over inclusief’ denken. Een bredere aandacht gebeurt waarschijnlijk eerder bij afwezigheid van druk. Brainstorming: je zegt alles wat in je opkomt over een bepaald onderwerp om de vloeiendheid in antwoorden en originaliteit te verhogen. Mensen voelen zich meer geremd als ze is verteld dat er ‘experts’ bij zitten.

            Het meest complete model om het creatieve proces te begrijpen is Amabile’s Componential Model of Organizational Innovation drie variabelen leggen het proces uit:

            • domein-relevante kennis

            • creativiteit-relevante vaardigheden

            • motiverende oriëntatie.

            Ook worden omgevingskenmerken erin betrokken.

            Creatieve werkomgeving

            Deze bandering kijkt naar de relatie tussen individuen als ontwerpers en hun omgeving. Het gaat over contextuele of situationele factoren van creativiteit, inclusief effecten van anderen of groepen op iemands creativiteit. Dus: creatieve omgevingen kunnen druk uitoefenen op personen om meer creatief te zijn.

            Contextuele factoren zijn: de rol van een leider en leiderschapsstijlen.

            Groepen met deelnemende leiders zijn goed in vlotheid van het komen met ideeën of kwantiteit van creatieve output, terwijl groepen met een toezichthoudende leider creatieve ideeën met betere kwaliteit produceren.

            Individualistische organisaties

            Creatieve producten

            Deze benadering onderzoekt de kenmerken van creatieve resultaten of producten, zoals kunstwerken en wetenschappelijke publicaties.

            Het is grotendeels betrokken met productiviteit en prestatie en richt zich op iemands creaties en niet op iemands persoonlijkheid of het proces om creatieve productie te faciliteren.

            Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen creativiteit en psychopathologie: creatieve personen kunnen elke intentie hebben om originele koppelingen te produceren, terwijl psychotische personen weinig controle hebben over hun originele, ongewone of excentrieke ideeën. Barron verwijst naar creativiteit in termen van “gecontroleerde vreemdheid”. Het is mogelijk dat psychiatrische patiënten zich niet eens bewust zijn van de creatieve natuur van hun ideeën.

            Beoordelen en meten van creativiteit

            Guilford: een alomvattend, multidimensioneel model van intelligentie dat meer dan 120 vaardigheden omvat. Één van de belangrijkste is ‘divergente (uiteenlopende, afwijkende) denkproductie’ = verschillende oplossingen voor problemen, in plaats van één goed antwoord. Divergent denken kan niet gemeten worden door middel van multiple choice items als objectieve score. 4 scoringscriteria om de prestatieverschillen te meten:

            • flexibiliteit

            • vlotheid/vloeiendheid

            • originaliteit

            • uitwerking.

            Testen met ‘divergent denken’ zijn de meeste gebruikte meting van creativiteit en zijn goede voorspellers van creatieve prestaties in uiteenlopende settings. Meest gebruikt test hiervoor is de Torrance Tests of Creativity and Thinking (TTCT): “noem alle dingen die je kan bedenken die rood en eetbaar zijn” of “schrijf zoveel mogelijk zinnen waarin je de woorden ‘regen’, ‘station’ en ‘zomer’ kan gHoe meet je of iemand intelligent is?ebruiken”. Correlatie TTCT met creatieve prestaties = .51.

            Een andere maat voor creativiteit is Mednick and Mednick’s Remote Associates Test hiervoor is een goed antwoord nodig in plaats van een open eind:

            “ rat – blauw – huisje - …”. Bedenk het goede antwoord.

            Correlatie van .55 tussen IQ en deze test.

            Echter, creativiteit kan ook beoordeeld/gemeten worden via vragenlijsten ingevuld door diegene zelf of iemand anders; deze zijn meer verwant aan persoonlijkheidsvragenlijsten. Overlap tussen creativiteit en openheid voor ervaringen.

            Voorbeelden van creativiteit-vragenlijsten:

            • Vocational Preference Inventory (VPI)

            • Welsh’s Figure Preference Test (FPT)

            • Gough’s Adjective Check List (ACL)

            • the Concept Mastery Test (CMT)

            • the Biographical Information (form) from Research and Scientific Talent (BIRST).

            Of testen creativiteit, flexibiliteit of iets anders meten, het blijft een kwestie van interpretatie.

            Concluderend

            Creativiteit is een bruikbaar en effectief antwoord op gelijdelijke veranderingen, omdat oudere volwassenen geneigd zijn te vertrouwen op routine en - tenzij opzettelijk creatief - inflexibel worden.

            Het creativiteitssyndroom is een complex psychologisch construct dat zelden objectief en accuraat gemeten wordt.

            Aangezien persoonlijkheid en intelligentie belangrijk zijn om kenmerken van (niet) creatieve personen te verklaren, individuele verschillen in creativiteit kunnen niet alléén verklaard worden in termen van persoonlijkheid en vermogensfactoren, maar kunnen ook afhangen van individuele interesses, zelfvertrouwen en motivatie. En zelfs als deze variabelen zijn bepaald, kan het nog steeds onmogelijk zijn om iemands niveau van creativiteit te beoordelen, want er zijn maar weinig objectieve criteria om zoiets te bepalen.

            Wat zijn de karakteristieken van creatieve en divergent denkende mensen?

            Wat zijn de karakteristieken van creatieve en divergent denkende mensen?


            Wat is creativiteit en divergent denken binnen een werkomgeving?

            • Creativiteit is de ontwikkeling van originele ideeën die een sociaal erkende bijdrage leveren. Dit is belangrijk voor een besluitvormingsproces. Het creative process model is een van de vroegste en belangrijkste modellen over creativiteit. Dit model geeft inzicht in de stappen die doorlopen worden in het creatieve denkproces van mensen:
            Preparatie
            • Het vormen van een duidelijk idee van wat men wil bereiken.
            Incubatie en divergent denken;
            • Het stadium van reflectieve gedachten: het idee wordt opzijgelegd, maar in het achterhoofd wordt er op een laag bewustzijnsniveau op doorgegaan. Hierdoor ben je tijdelijk afgeleid van het probleem.
            • Incubatie helpt bij divergent denken: het probleem anders proberen te formuleren en verschillende benaderingen van de kwestie proberen te vinden. Door divergent denken stap je uit het denken via bestaande modellen.
            • Tegenover divergent denken staat convergent denken: de conventionele, juiste oplossing voor een probleem vinden.
            Inzicht
            • Het plotseling krijgen van een idee: een ingeving.
            Verificatie
            • Experimenteren met het idee en het idee bijschaven en evalueren.

            Wat zijn de karakteristieken van creatieve mensen?

            • Creativiteit op de werkvloer wordt bepaald door de mate waarin mensen zelf creatief zijn en door de mate waarin de omgeving bevorderlijk is voor de creativiteit. Er worden vier eigenschappen genoemd waar creatieve mensen over beschikken:
              • Cognitieve en praktische intelligentie
              • Doorzettingsvermogen
              • Expertise/ervaring
              • Onafhankelijke verbeelding

            Welke bedrijfskenmerken stimuleren creativiteit?

            • Het is bevorderlijk voor de creativiteit wanneer organisaties hun werknemers de ruimte bieden om te kunnen leren. De leiding moet zich beseffen dat het maken van bepaalde fouten soms onderdeel uitmaakt van een creatief proces. Ook kunnen bepaalde activiteiten creativiteit stimuleren. Een voorbeeld is problemen herdefiniëren door een probleem dat een aantal maanden opzij is gelegd opnieuw te bekijken. Een tweede voorbeeld is associatief spel: creativiteit aanmoedigen door middel van spel. Een laatste voorbeeld is cross-polination, waarbij medewerkers met verschillende expertises ideeën met elkaar uitwisselen.
            • Betrokkenheid van medewerkers in het beslissingsproces
              • ‘Design thinking’ is een oplossingsgericht creatief proces waarbij de mens centraal staat. Er wordt gebruik gemaakt van zowel intuïtie als analytisch denken om problemen te verhelderen en innovatieve oplossingen te bedenken. Design thinking maakt gebruik van vier regels:
              • De mens regel: Design thinking is een teamactiviteit. Het is afhankelijk van de samenwerking van verschillende mensen met verschillende kennis en ervaringen. Op deze manier kan er vanuit verschillende perspectieven naar een probleem gekeken worden. Daarnaast moet er ook in de klanten en gebruikers worden ingeleefd.
              • De ambiguïteit regel: Creativiteit en experimenteren zijn alleen mogelijk als het probleem en de oplossingen ambigu zijn.
              • De herontwerp regel: Er zijn geen volledig originele creatieve oplossingen. De behoefte die vervuld worden met het oplossen van problemen bestaan al heel lang. Het is daarom belangrijk om eerdere oplossingen te doorgronden en te gebruiken bij het bedenken van een nieuwe oplossing.
              • De tastbaar regel: Design thinking bevat minder tijd aan plannen en meer aan doen. Prototypes bevatten veel informatie die niet in de conceptuele planning naar voren komt. Design thinking tolereert dan ook het maken van fouten en ziet dit juist als leerproces.
            Wat is het verschil tussen creativiteit en innovatie?

            Wat is het verschil tussen creativiteit en innovatie?


            Creatief zijn helpt mensen omgaan met veranderingen in de omgeving. Creativiteit heeft ook andere voordelen; het helpt mensen te overleven, zich aan te passen en te gedijen.

            Hoe verschilt creativiteit van innovatie?

            Er lijkt een klein verschil te zijn tussen de begrippen creativiteit en innovatie, al worden ze vaak door elkaar gebruikt. In deze tekst worden de begrippen als volgt beschouwd:

            Creativiteit:

            • Het ontstaan nieuwe, originele ideeën.
            • Het idee moet kloppen.

            Innovatie:

            • Creëren van creatieve resultaten die anderen ten goede komen, hetzij op individueel, hetzij op groepsniveau/organisatieniveau.
            • Voordat een nieuw idee wordt geïmplementeerd, moeten er enkele gevechten worden gewonnen (bijvoorbeeld: anderen ervan overtuigen dat de nieuwe manier beter is dan de oude).
            • Het idee moet nieuw zijn voor de uitvoeringseenheid.

            Of iets creatief of innovatief is, kan op twee manieren worden bepaald:

            • Procesperspectief: focus op de processen die nodig zijn om nieuwe ideeën te ontwikkelen of te implementeren
            • End-state: het eindproduct wordt beoordeeld. Is het nieuw en passend, of nuttig?

            Wat is het Dual Pathway to Creativity Model (DPCM)?

            Om te beoordelen of iets als creatief kan worden beschouwd, worden meestal drie dimensies in aanmerking genomen:

            1. Vloeiendheid: hoeveel goede ideeën zijn er gemaakt?
            2. Originaliteit: hoe ongewoon is het idee?
            3. Flexibiliteit: b.v. Antwoorden op "wat kun je doen met een baksteen?"

            Creatieve prestaties hebben zowel cognitieve flexibiliteit (divergent denken) als cognitieve volharding nodig.

            Het Dual Pathway to Creativity Model (DPCM) geeft een betere kijk op creatieve prestaties. De dimensies vloeiendheid en originaliteit kunnen volgens dit model worden bereikt door flexibel te denken en informatie op een divergente manier te verwerken, door mogelijkheden systematisch te koppelen, of door de combinatie van cognitieve flexibiliteit en doorzettingsvermogen. Cognitieve flexibiliteit kan worden bereikt door sets te breken en associatieve hiërarchieën te gebruiken, terwijl cognitieve persistentie kan worden bereikt door te weten dat je hard moet werken.

            Om zowel cognitieve flexibiliteit als doorzettingsvermogen te bereiken, moet men cognitief geactiveerd zijn. Wanneer deze activering matig is en het individu ook matig opgewonden is, zijn de cognitieve flexibiliteit en doorzettingsvermogen op hun best (vergeleken met hoge of lage activering en opwinding). De verklaring hiervoor is tweeledig: ten eerste heeft men een beetje activering nodig om gemotiveerd te zijn en betrokken te zijn bij de taak, en ten tweede wanneer men matig sterk opgewonden is, b.v. dopamine en noradrenaline worden vrijgegeven, de cognitieve functie wordt verbeterd.

            Een individu kan meer of minder cognitief geactiveerd zijn vanwege verschillende persoonlijke kenmerken. Studies tonen bijvoorbeeld aan dat creativiteit kan worden bevorderd door een positieve stemming. Helaas is deze bevinding niet altijd herhaald. Als we kijken naar een negatieve stemming, lopen de resultaten nog meer uiteen: sommige studies stellen dat de invloed op creativiteit ook negatief is, terwijl andere studies geen verband zien of zelfs aantonen dat een negatieve stemming positieve effecten heeft op creativiteit. Om deze verwarrende resultaten te verklaren, zou men rekening kunnen houden met de concepten van activerende en deactiverende effecten. Activerende stemmingen kunnen positief of negatief getint zijn, en deactiverende stemmingen kunnen ook positieve of negatieve hedonistische tonen hebben. Het maakt niet uit of de geactiveerde stemming positief of negatief is, het stimuleert de creativiteit meer dan het deactiveren van stemmingen. Dit komt omdat positieve activerende stemmingen leiden tot flexibiliteit, terwijl negatieve activerende stemmingen leiden tot doorzettingsvermogen. Hoewel verschillende studies deze hypothese hebben bewezen, zijn er meer studies nodig.

            De value-from-fit-theorie stelt dat mensen meer taakgericht zijn wanneer de vereisten voor de taak overeenkomen met hun kenmerken, of wanneer taakactiviteit hen dichter bij hun doelen brengt. Wanneer een denkstrategie die nodig is voor een bepaalde taak compatibel is met iemands stemming, is het individu meer tevreden met de taak die voorhanden is. Dit is ook enorm belangrijk voor de doorstroming. Het concept van flow kan worden gedefinieerd als een zeer gefocuste bewustzijnsstaat, die bijna geen kosten met zich meebrengt voor het individu. Verschillende onderzoeken hebben bewezen dat flow zowel cognitieve flexibiliteit als doorzettingsvermogen combineert om betere creatieve resultaten te bereiken. Het lijkt de match te zijn tussen de kenmerken van het individu en de taak die het doet.

            Hoe verschilt creativiteit van innovaties in groepen?

            In de voorgaande paragrafen is rekening gehouden met de verschillende aspecten die individuen nodig hebben om creatief te worden. In deze paragraaf staat centraal hoe groepsprocessen hierdoor kunnen worden beïnvloed.

            Het Motivated Information Processing in Groups Model (MIP-G) is gebaseerd op het idee van groepen als informatieverwerkers. Er is een cyclus tussen individuen en de groep: groepsleden zoeken individueel informatie, delen dit met de groepsleden, die door deze informatie worden beïnvloed. Dit zorgt ervoor dat ze op zoek gaan naar andere informatie, die zal worden gedeeld... enzovoort, totdat er een beslissing is genomen. De informatieverwerking die hiervoor nodig is, kan oppervlakkig en heuristisch zijn, of opzettelijk en systematisch. Wanneer dat laatste het geval is, krijgt nieuwe informatie aandacht en wordt deze onderzocht en geïntegreerd. De epistemische motivatie (hoeveel moeite men bereid is te steken in een juist begrip van het groepsprobleem of de groepstaak) van groepsleden bepaalt hoe systematisch de informatieverwerking zal zijn. De epistemische motivatie lijkt hoger te zijn wanneer:

            • Men hoog scoort op de Big Five dimensie openheid om te ervaren.
            • Men hoog scoort op behoefte aan cognitie.
            • Men laag scoort op behoefte aan structuur.
            • Men laag scoort op afkeer van ambiguïteit.

            Zowel activeren in DPCM als epistemische motivatie in MIP-G functioneren als een activator en stimuleren de cognitieve processen en informatieverwerking.

            De epistemische motivatie kan worden onderdrukt of onderdrukt door tijdelijke invloeden (tijd zou bijvoorbeeld de epistemische motivatie kunnen verlagen, terwijl de epistemische motivatie er baat bij zou kunnen hebben om mensen verantwoordelijk te maken voor het besluitvormingsproces). Ook wanneer de groep heterogeen denkt en een lid de indruk heeft dat andere groepsleden anders denken, neemt hun epistemische motivatie toe, omdat ze onzekerder worden over hun gedachten, wat leidt tot een grotere behoefte aan systematische informatieverwerking.

            Een ander belangrijk begrip binnen de MIP-G is sociale motivatie. Dit type motivatie kan pro-zelf of prosociaal zijn. In het eerste geval willen mensen individueel profiteren van de uitkomsten, terwijl in het laatste geval mensen willen dat de groep profiteert van de uitkomsten. Mensen die kunnen worden gekarakteriseerd met termen als empathie en samenwerking, zijn over het algemeen meer prosociaal. Ook de huidige situatie kan een belangrijke rol spelen. Wanneer de stemmingen van mensen bijvoorbeeld positiever zijn, hebben ze de neiging tot prosociaal gedrag. Afgezien hiervan, wanneer mensen meer collectivistisch denken (vergeleken met individualistisch), zullen ze eerder prosociaal gedrag aannemen.

            Zowel sociale als epistemische motivatie spelen een belangrijke rol bij informatieverwerking, oordelen en beslissingen op groepsniveau. Wanneer epistemische motivatie hoog is, zullen er grotere verschillen zijn tussen pro-zelf en prosociale motivatie. De kans op een gezamenlijk positief resultaat is het grootst wanneer groepen zowel zeer epistemisch als prosociaal gemotiveerd zijn.

            Het meeste onderzoek op het gebied van MIP-G heeft zich gericht op de hierboven besproken informatie. Er zijn echter aanwijzingen dat groepscreativiteit baat zou kunnen hebben bij epistemische en sociale motivatie. Wanneer er weinig behoefte is aan afsluiting en weinig tijdsdruk, lijken zowel individuen als groepen hoger te scoren op epistemische motivatie en creativiteit. Wanneer de epistemische motivatie van de groepsleden hoger is, stijgt ook het creativiteitsniveau. Er zijn echter enkele problemen. Wanneer groepsleden bijvoorbeeld bang zijn om fouten te maken, veroorzaakt epistemische motivatie lagere creativiteitsniveaus. Hetzelfde gebeurt wanneer groepsleden bang zijn hun reputatie te verliezen. Dit geeft aan dat epistemische motivatie alleen positieve effecten heeft als de groep een prosociale motivatie heeft. Wanneer de combinatie van hoge epistemische motivatie en pro-zelfmotivatie aanwezig is, wordt de groepscreativiteit negatief beïnvloed.

            Er kan een onderscheid worden gemaakt tussen groepscreativiteit en groepslidcreativiteit. Wanneer creativiteit van groepsleden wordt verwacht, wordt de creativiteit beïnvloed door groepsprocessen, aangezien deze het individu beïnvloeden. Wanneer groepscreativiteit wordt verwacht, hangt de creativiteit af van de groep als geheel, in plaats van van de verschillende leden. In dit geval is het probleem opgelost zodra het meest creatieve groepslid met een oplossing komt. Aan de andere kant, bij het samenstellen van een product heeft de input van het minst creatieve lid, in ieder geval gedeeltelijk, invloed op dit product.

            Creativiteit kan leiden tot innovatie, maar dat is niet altijd het geval. Het een heeft het ander niet per se nodig. Toch profiteert groepsinnovatie ook van een hoge epistemische en prosociale motivatie. Zoals eerder besproken, kan onzekerheid over de eigen gedachten epistemische motivatie opwekken. Een bijzondere manier waarop dit gebeurt, is wanneer de groepsmeerderheid en de groepsminderheid tegengestelde gedachten hebben. Dit zorgt ervoor dat de minderheid met de meest creatieve ideeën komt, vooral wanneer het groepsklimaat prosociaal en psychologisch veilig is. Studies tonen aan dat groepen als deze hoger scoren op innovatietaken.

            Vraag stellen en antwoord zoeken: van probleem naar oplossing gaan
            Competenties versterken, vaardigheden ontwikkelen en motivaties ontdekken: thema's en startpagina's
            Carrière switchen, beroep kiezen en loopbaan plannen

            Carrière switchen, beroep kiezen en loopbaan plannen

            Het plannen van je carrière, het switchen van je loopbaan en het aanvaarden van toeval bij je beroepskeuze Beroepskeuze - Carrièreswitch - Functies - Werkrollen - Werksectoren Collega's kiezen - Levenspad volgen - Werktoekomst bepalen - Zelf bijdragen Inhoud Vragen: o.a. Wat is werk, wat is een carrière en waarom werken wij? Wat zijn competenties, kwaliteiten en vaardigheden? Wat is...... lees verder op de pagina
            Competenties en vaardigheden opdoen voor je studie, je werk, je reis en je leven

            Competenties en vaardigheden opdoen voor je studie, je werk, je reis en je leven

            Competenties en vaardigheden voor je studie, je werk, je reizen en je leven Alle eigenschappen, kwaliteiten, waarden, vaardigheden, competenties, talenten en contenties die bijdragen aan een zingevende en succesvolle leer-, werk en leefomgeving Inhoud Vragen: o.a. Wat zijn competenties of kwaliteiten? Wat zijn eigenschappen? Wat zijn waarden? Wat zijn contenties? Wat is talent en talenten? Wat is talentontwikkeling? Wat zijn...... lees verder op de pagina
            Functies en werkzaamheden uitoefenen tijdens je baan, stage of vrijwilligerswerk in het buitenland

            Functies en werkzaamheden uitoefenen tijdens je baan, stage of vrijwilligerswerk in het buitenland

            Functies en werkzaamheden voor je loopbaan in Nederland of baan in het buitenland Functies per sector en werkveld zoals communicatie, duurzaamheid, geestelijke zorg, horeca, hospitality, maatschappelijke werk, medische zorg, onderwijs, onderzoek, recht of sport Inhoud: o.a. Wat zijn de startpagina's voor werken, stagelopen en vrijwilligerswerk in binnen- en buitenland per activiteit en functie? Wat zijn de startpagina's voor sollicitaties en...... lees verder op de pagina
            Gelukkig en tevreden voelen door te weten wat je wilt, of te weten wat je niet wil

            Gelukkig en tevreden voelen door te weten wat je wilt, of te weten wat je niet wil

            Tevreden voelen met je studie, je werkzaamheden en de invulling van je leven Een content gevoel, geluksgevoel en goed gevoel via: behulpzaamheid, betrokkenheid, inlevingsvermogen, onafhankelijkheid, stabiliteit, stapgerichtheid, vrijheid, zelfbewustzijn en zingeving Inhoud: o.a. Wat is contentheid, wat zijn contenties en de bronnen van een goed of gelukkig gevoel? Behulpzaamheid & Onbehulpzaamheid: help jezelf door de ander te helpen Betrokkenheid &...... lees verder op de pagina
            Gesprekken houden, overleggen en discussie voeren

            Gesprekken houden, overleggen en discussie voeren

            Discussie, gesprek en overleg in binnen- en buitenland Argumenteren, Discussiëren, Gesprekken voeren, Overleggen, Overtuigen, Vergaderen Inhoud o.a. Wat is argumenteren? Wat is overtuigend zijn? Wat wordt verstaan onder overtuigingskracht Hoe wordt argumentatie ingezet bij het overtuigen? Wat moet je wel of niet doen tijdens een sollicitatiegesprek? Competenties en vaardigheden Hoe wordt argumentatie ingezet bij het overtuigen? Wat kan je doen...... lees verder op de pagina
            Goede argumenten gebruiken en logisch redeneren bij studie, stage of werk

            Goede argumenten gebruiken en logisch redeneren bij studie, stage of werk

            Argumentatie gebruiken en logica aantonen Leren argumenteren, clichés vermijden, logische gevolgen trekken, overtuigend redeneren en consistent reageren Inhoud Wat is een argument ? Wat is de basis van goed argumenteren? ⇧ Inhoud Wat is een argument? Wat is argumenteren? Wat voor soorten argumenten zijn er? Hoe wordt argumentatie ingezet bij het overtuigen? Wat is het nut van argumentatie? Hoe wordt...... lees verder op de pagina
            Kennis overdragen, feiten uitwisselen en boodschappen overbrengen bij studie, stage en werk

            Kennis overdragen, feiten uitwisselen en boodschappen overbrengen bij studie, stage en werk

            Feiten uitwisselen, kennis overdragen, boodschappen overbrengen, begrip kweken en betrokkenheid versterken Argumentatie - Communicatie - Overtuigingskracht - Redenatie - Tekstgebruik - Schrijfvaardigheden inhoud: o.a. Wat is communiceren? Wat is mondelinge, schriftelijke en non-verbale communicatie? Wat is argumenteren en wat is het nut van argumentatie? Studiehulp en samenvattingen Waar vind je de samenvattingen en studiehulp voor tekstgebruik? Waar vind je de...... lees verder op de pagina
            Studiekeuze maken en master kiezen

            Studiekeuze maken en master kiezen

            Studie, master of cursus zoeken en kiezen voor je opleiding en toekomst Van motivatie, plezier, specialisatie, talent en toekomstperspectief naar zingeving of zelfinzicht Inhoud : o.a Wat is talent en wat zijn talenten? Wat zijn de stappen die je kan nemen als je een studie, een master, een cursus of een opleiding wil kiezen? Welke studies kan je doen: Wat...... lees verder op de pagina
            Talent en aanleg ontdekken en waarderen om te leren, te werken en te leven

            Talent en aanleg ontdekken en waarderen om te leren, te werken en te leven

            Talenten en aanleg ontdekken, benutten, waarderen en tot recht laten komen Inhoud Vragen: o.a. Wat is talent en wat zijn talenten? Wat zijn competenties of kwaliteiten? Wat zijn eigenschappen, kwaliteiten, waarden, vaardigheden, competenties, talenten en contenties? Wat zijn betrokken spreuken en tips rond authenticiteit, jezelf zijn, talent, kwaliteit en zelfinzicht? Verdiepen en studeren: Hoe en waar kan je je competenties,...... lees verder op de pagina
            Twijfelen of keuzes maken: van keuzestress naar een goede beslissing
            Vraag stellen en antwoord zoeken: van probleem naar oplossing gaan
            Werkplezier en energie van je werk krijgen: leer je om te werken of werk je om te leren?
            Emoties, indicaties en motivaties: uitgelichte thema's

            Behulpzaamheid versus onbehulpzaamheid: help jezelf door de ander te helpen

            Behulpzaamheid versus onbehulpzaamheid: help jezelf door de ander te helpen

            Behulpzaam zijn, anderen helpen, geven in plaats van nemen Altruïsme - Dankbaarheid - Gewetensvolheid - Respect - Sociaal gedrag Inhoud: o.a. Wat is onbehulpzaam zijn en onbehulpzaamheid? Wat houdt dankbaarheid in? Wat betekent servicegericht zijn en wat is klantgericht zijn? Wat is gewetensvol, en wat is naar je geweten handelen? Wat is respect en respectloosheid? Wat is asociaal zijn, en...... lees verder op de pagina
            Beleving versus verveling: creëer perspectief door het openen van nieuwe deuren
            Betrokkenheid versus onverschilligheid: geef niet op maar ergens om
            Inlevingsvermogen versus onbegrip: maak gebruik van je empathische vaardigheden
            Onafhankelijkheid versus afhankelijkheid: blijf bij jezelf en laat die kudde achter je

            Onafhankelijkheid versus afhankelijkheid: blijf bij jezelf en laat die kudde achter je

            Onafhankelijkheid: je eigen weg vinden, jezelf weren tegen oneigenlijk gedrag en afstand nemen van kuddegedrag en meeloperij Afhankelijkheid - Authenticiteit - Beïnvloeding - Betrouwbaarheid - Jezelf zijn - Integriteit Inhoud: o.a. Wat is onafhankelijkheid en wat houdt onafhankelijk zijn in? Wat is een genuanceerd oordeel? Wat is integer zijn en over integriteit beschikken? Wat is bescheidenheid en wat houdt bescheiden...... lees verder op de pagina
            Stap voor stap versus ongefocussed: richt je op je reis en niet op je bestemming
            Stabiliteit versus stress: ga actief om met je negatieve emoties

            Stabiliteit versus stress: ga actief om met je negatieve emoties

            Stress voorkomen, met spanning omgaan en je stabiliteit te versterken Angst overwinnen - Burnout bestrijden - Drukte dimmen - Emotie erkennen - Evenwichtigheid versterken - Relaxed reageren - Spanning positief inzetten Inhoud: o.a. Wat is stress, wat is gestresst zijn, en wat is stressbestendigheid? Wat is stabiliteit en wat betekent je mentaal stabiel en in balans voelen? Wat houdt instabiliteit...... lees verder op de pagina
            Succes versus teleurstelling: waardeer en vier je kleine succes

            Succes versus teleurstelling: waardeer en vier je kleine succes

            Stilstaan bij behaalde doelen, vieren van de eigen kleine en grote successen Waardering van de ander voelen, zonder die ook nodig te hebben Inhoud: o.a. Wat is trots en waar bestaat trots zijn uit? Wat houdt dankbaarheid in? Wat is doorzettingsvermogen, volhoudendheid en volharding? Wat is teleurstelling en wat betekent teleurgesteld zijn? Wat is spijt en wat betekent spijtvol zijn?...... lees verder op de pagina
            Tolerantie versus onverdraagzaamheid: laat de ander zijn eigen weg bewandelen
            Verbondenheid versus eenzaamheid: leg en onderhoud sociale contacten
            Vrijheid versus beperking: voel je onbeperkt en niet begrensd

            Vrijheid versus beperking: voel je onbeperkt en niet begrensd

            Onbeperktheid en vrijheid van geest Je vrij voelen, je niet begrensd voelen, jezelf weren tegen wenselijk gedrag zonder gronden Inhoud o.a. Wat is je onbeperkt voelen? Wat houdt vrijheid en je vrij voelen in? Wat is onafhankelijkheid en wat houdt onafhankelijk zijn in? Wat is energiek zijn, en betekent energie hebben? Wat is tolerantie en tolerant zijn? Wat houdt je...... lees verder op de pagina
            Zelfbewust zijn versus onzekerheid: ontdek je kwaliteiten, verkrijg zelfinzicht en omzeil je klippen

            Zelfbewust zijn versus onzekerheid: ontdek je kwaliteiten, verkrijg zelfinzicht en omzeil je klippen

            Zelfbewust zijn, zelfkennis en zelfinzicht opdoen, kwaliteiten ontdekken, kansen benutten en klippen omzeilen Eigen bestemming vinden - Onzekerheid plek - Zelfvertrouwen versterken Inhoud: o.a. Wat betekent zelfbewustheid en wat wordt verstaan onder zelfbewust zijn? Wat betekent onzekerheid en je onzeker voelen, en wat is vertrouwen en vertrouwen hebben? Wat betekent zelfverzekerdheid en wat wordt verstaan onder zelfwaardering? Wat betekent negativiteit...... lees verder op de pagina
            Zingeving en motivatie: zoek voldoening bij studie, werk, reizen en de wereld om je heen
            Gelukkig en tevreden voelen door te weten wat je wilt, of te weten wat je niet wil

            Gelukkig en tevreden voelen door te weten wat je wilt, of te weten wat je niet wil

            Tevreden voelen met je studie, je werkzaamheden en de invulling van je leven Een content gevoel, geluksgevoel en goed gevoel via: behulpzaamheid, betrokkenheid, inlevingsvermogen, onafhankelijkheid, stabiliteit, stapgerichtheid, vrijheid, zelfbewustzijn en zingeving Inhoud: o.a. Wat is contentheid, wat zijn contenties en de bronnen van een goed of gelukkig gevoel? Behulpzaamheid & Onbehulpzaamheid: help jezelf door de ander te helpen Betrokkenheid &...... lees verder op de pagina

            JoHo WorldSupporter: tips en suggesties
            Volunteer at an organisation that supports youth with mental disabilities on Bali - Activities Abroad Supporter
            Volunteer at an organisation that supports youth with mental disabilities on Bali...
            Ben je creatief? Werk mee als vrijwilliger op een didgeridoo werkplaats in Noosa - Activities Abroad Supporter
            Je kunt meehelpen met het maken en beschilderen van didgeridoo's. Ook kun je ondersteunen bij werkzaamheden rondom de...
            Volunteer at a hostel in Costa Rica or Panama in exchange for board and lodging - Activities Abroad Supporter
            Volunteer at a hostel in Costa Rica or Panama in exchange for board and lodging. The hostels are connected to a Spanish...
            Doe online werk voor een ecolodge en sociaal project in Thailand - Activities Abroad Supporter
            Je houdt diverse websites bij en verbetert deze waar nodig. Je plaatst social media berichten en richt je op het...
            Teach English songs to children online - Activities Abroad Supporter
            You teach basis English vocabulary and sentences through English songs You prepare one English song per class...
            Geef online les aan kinderen op een school in Sri Lanka - Activities Abroad Supporter
            Je ontwikkelt samen met je coördinator een programma voor het geven van online Engelse les aan jonge...
            Werk als freelance redacteur of fotograaf voor een online magazine dat zich richt op mondiale verbondenheid en duurzaamheid - Activities Abroad Supporter
            Werk als freelance redacteur of fotograaf voor een online magazine dat zich richt op mondiale verbondenheid en...
            Develop your marketing-, textwriting or sales competencies at a language school in Peru - Activities Abroad Supporter
            You handle incoming e-mails and other communication at the sales department. You perform editorial tasks, such as...
            Stage onderwijsassistent op Curaçao - Supporter of Wereldstage
            Wereldstage biedt verschillende stagemogelijkheden aan in het onderwijs, bijvoorbeeld deze stage...
            Ben je creatief en gedisciplineerd? Ga als grafisch ontwerper werken bij een start-up in Maleisië - Activities Abroad Supporter
            Ben je creatief en gedisciplineerd? Ga als grafisch ontwerper werken bij een start-up in...
            JoHo WorldSupporter: samenvattingen en studiehulp
            Samenvatting bij De zeven eigenschappen van effectieve leiders van Covey - Vintage Supporter
            Deel 1 Principes & paradigma’s Verandering van binnenuit Sommige mensen lijken van buitenaf...
            The Artist's Way - Julia Cameron - juliettekwee
            The Artist's Way Find your own inspiration  Julia Cameron What is creativity? How can you find your...
            JoHo WorldSupporter.org: links
            JoHo.org: selectie bij het thema oplossingsgerichtheid zijn

            Betrokken termen en onderwerpen
            Coördinerende termen en onderwerpen

            Wegwijzer bij competentie en motivatie
            Competentie en kwaliteit
            Samenvattingen en studiehulp
            Studie in het buitenland
            Stage en werkervaring
            Vrijwilligerswerk
            Werk
            JoHo Worldsupporter doelstellingen
            • Zie de doelstellingen van JoHo WorldSupporter voor: het versterken van begrip voor andere culturen en personen, het stimuleren van tolerantie in de wereld om je heen, het wereldwijd delen van kennis en knowhow, en het stimuleren van persoonlijke ontwikkeling in binnen- en buitenland
            Samenvattingen en studiehulp: per studie en vakgebied
            Samenvattingen en studiehulp voor internationale, bestuurskundige en beleidskundige opleidingen

              Vertrekken naar het buitenland

              Probleemloos wonen of tijdelijk verblijven in het buitenland?

              Betaald werk, vrijwilligerswerk en stages in het buitenland per werkveld en vakgebied

              Pagina onderwerp:

              Oplossingsgerichtheid zijn in binnen-en buitenland

              Account - Bereikbaarheid - Contact - Dienstenwijzer - Gegevens - Vacatures - Zoeken